Was Gerrit de Wit een NSB’er?

Midden in de nacht vallen de Binnenlandse Strijdkrachten de woning van Gerrit de Wit binnen. Ze nemen de Urker ondernemer gevangen en voeren hem af naar kamp Espelerbocht in de Noordoostpolder. De verdenking: sympathiserend lid van de NSB. Gerrits vrouw Hendrikje blijft achter met twee kinderen. De arrestatie van Gerrit heeft grote impact op haar.

Gerrit en Hendrikje wonen op wijk 2-11 te Urk. Gerrit is ondernemer: hij heeft een scheersalon, een sigarenzaak annex drogisterij en hij doet in verzekeringen. Het echtpaar heeft twee tieners: Grietje en Arie.

Gerrit is geen typische Urker. Zijn vader Arie de Wit is als kantonnier van Rijkswaterstaat op Urk terecht gekomen, maar komt oorspronkelijk uit Den Helder. Gerrit is op Urk geboren, maar bezigt nooit het Urker dialect. Hij kleedt zich volgens de laatste mode en steekt daarmee af bij de gewone Urker vissers in klederdracht.

De ondernemer is goed van de tongriem gesneden en steekt zijn mening niet onder stoelen of banken. Voor de oorlog heeft hij al eens voor de rechter gestaan, omdat hij een plaatsgenoot heeft uitgemaakt voor oplichter.

Hendrikje is meer op de achtergrond. Ze kampt met gezondheidsproblemen en is voor de oorlog maanden verpleegd in het ziekenhuis in Utrecht. Tijdens de oorlog komen daar psychische problemen bij.

NSB op Urk

Op Urk ontstaat in de jaren ’30 een kleine afdeling van de NSB. Oliehandelaar Klaas de Boer is voorman van de beweging op Urk èn een goede vriend van Gerrit de Wit. De vriendschap heeft ook een economische achtergrond: Klaas de Boer is voor Urker begrippen een grote ondernemer en daarmee een goede afnemer van onder andere verzekeringen.

Gerrit (met hoed) en Hendrikje (zittend) voor hun winkel. Links de kinderen Grietje en Arie

Waarschijnlijk onder invloed van Klaas de Boer schrijft Gerrit zich in 1939 in als sympathiserend lid van de NSB. In de meidagen van 1940 zegt hij zijn lidmaatschap op. Gerrit hoort niet bij de Urkers die na de Duitse inval gevangen gezet worden. De burgemeester acht hem blijkbaar niet gevaarlijk.

De vriendschap met Klaas de Boer is de belangrijkste reden voor de arrestatie van Gerrit. Met name een gebeurtenis in 1943 geeft daartoe aanleiding. Terwijl de Urker vissers staken in protest tegen Duitse maatregelen, wandelen Klaas en Gerrit over de haven. De vissers ervaren deze wandeling als demonstratief en laten dat in niet mis te verstane bewoordingen blijken. Gerrit beklaagt zich over deze bejegening bij de burgemeester.

Aanklachten

Bij de huiszoeking op 18 april 1945 worden geen bewijzen gevonden voor samenwerking met de Duitsers. Ook in de weken er na komen er geen concrete aanklachten binnen die wijzen op concrete collaboratie van Gerrit met de bezetter.

Eén getuige meldt dat Gerrit hem toegebeten zou hebben dat hij ‘de derde’ zou zijn. Eerder die week waren twee andere Urkers door de Duitsers gearresteerd. Er zijn geen aanwijzingen dat Gerrit bij deze arrestaties betrokken zou zijn.

Iemand anders verklaart dat Gerrit in ‘geen geval’ pro-Duits was. Gerrit weigerde om Duitse soldaten te scheren, ook nadat ze hem kolen en stroom hadden beloofd. ‘Ik wil van jullie geen kolen en stroom. En scheren doe ik jullie ook niet.’ De getuige begrijpt niet waarom iemand die zulke dingen tegen de Duitsers durfde te zeggen, nu gevangen zit.

Ook verschillende contacten uit de verzekeringswereld getuigen dat ze De Wit niet als NSB’er kennen.

Gerrit (rechts) in Amsterdam

Klaas de Boer, die zelf ook gevangen zit, stelt dat Gerrit een trouw lezer van Volk en Vaderland was. Ook waren Gerrits economische ideeën uitgesproken pro-Duits. Gerrit zegt nooit over politiek met Klaas de Boer te hebben gesproken.

Het verhoor van Gerrit verloopt niet gemakkelijk. De verbalisant merkt op dat De Wit een ‘in erge mate oproerige natuur’ heeft. Tijdens de ondervraging is hij meerdere malen ‘zeer onhebbelijk in zijn uitlatingen.’

Gerrit bestrijdt bij hoog en laag NSB’er te zijn geweest tijdens de oorlog. Naar eigen zeggen heeft hij zich altijd als goed Nederlander gedragen. Wel is hij enkele maanden lid geweest van de Nederlandse Volksdienst, een organisatie gelieerd aan de Winterhulp van de NSB.

Gerrit voegt er aan toe dat hij op hetzelfde moment als de Urker burgemeester zijn lidmaatschap heeft opgezegd. Dat pleit voor hem. Burgemeester Keijzer is immers na terugkeer op Urk met open armen ontvangen en weer in zijn burgemeestersambt hersteld.

Thuis

Terwijl in de polder de verhoren plaatsvinden, is Hendrikje alleen thuis met de kinderen. Over haar inkomen hoeft ze zich geen zorgen te maken. De winkelruimte wordt verhuurd aan ‘blinde Hindrik’ die er een sigarenzaak begint. Gerrits vader Arie neemt de assurantieportefeuille waar. Als oud-wethouder namens de CHU en president-kerkvoogd van de Hervormde Kerk geniet Arie de Wit aanzien op Urk.

De zorg van Arie strekt verder dan het beheer van de verzekeringstak van Gerrits ondernemingen. Hij maakt zich zorgen om zijn schoondochter Hendrikje. Direct bij de arrestatie van Gerrit heeft Arie de commandant van de Binnenlandse Strijdkrachten benaderd. Arie vraagt om in de rapportage op te nemen dat Hendrikje zenuwpatiënte is. De commandant voldoet aan dit verzoek en schrijft er bij dat het hem toch beter leek om Gerrit ‘aan de volkswoede te onttrekken’.

Arie heeft een juiste inschatting gemaakt. Hendrikje kan het leven zonder Gerrit niet goed aan. Tijdens de oorlog is ze al twee keer opgenomen geweest vanwege haar klachten. Ze mist haar man en haar depressies verergeren.

Hendrikje

Hendrikje schrijft een brief aan een advocaat in Oudkarspel, mogelijk een van Gerrits zakelijke contacten. Ze vraagt hem te helpen en deelt iets van haar moeilijkheden. ‘Ik weet niet hoe ik de nachten om moet krijgen, daar ik zeer slecht slaap en me juist dan die ellende aanvalt. Dan zou ik zo graag mijn man bij me willen hebben.’

De Urker huisartsen Andriessen en Vonk geven korte verklaringen af over het ziektebeeld van Hendrikje. ‘Ene ontmoeting met haar echtgenoot, beschouw ik als medicijn’, schrijft Vonk in augustus 1945. De predikant van de Gereformeerde Kerk, dominee Doorenbos, gaat nog een stap verder en schrijft dat het wenselijk is dat Gerrit ‘ten spoedigste terugkeert’.

De autoriteiten doen klaarblijkelijk niets met deze berichten. Intussen verslechtert de toestand van Hendrikje. Ze kan ’s nachts niet slapen en zwerft op straat. Uiteindelijk vertrekt ze naar haar geboortedorp Lemmer. Arie de Wit ontfermt zich over zijn kleinkinderen Grietje en Arie en neemt ze in huis. Hij deelt deze situatie met de autoriteiten en vraagt of de gevangenschap van Gerrit omgezet kan worden in huisarrest.

Beschikking

Uiteindelijk zit Gerrit ongeveer een half jaar vast. Op 15 december 1945 ontvangt hij zijn ontslagbewijs. De vrijlatingssectie heeft vrijlating met meldingsplicht geadviseerd. In het advies klinkt spijt door. ‘G.J. de Wit is een handige knaap die terecht gevreesd wordt op Urk. Hij was handig genoeg om tijdig voor de NSB te bedanken.’

Uiteindelijk is de gezondheidssituatie van zijn vrouw doorslaggevend. ‘In verband met de zenuwtoestand van zijn echtgenote is vrijlating van De Wit noodzakelijk’. Van de aanklachten blijft alleen het lidmaatschap van de Nederlandse Volksdienst staan.

Gerrit wordt voor tien jaar uitgesloten van de uitoefening van het kiesrecht. Nog enige tijd moet hij zich wekelijks melden op het politiebureau.

Deel dit verhaal:

Lees ook: Ondernemer Gerrit de Wit

Evaluatie

Was Gerrit de Wit een NSB’er? In dit verhaal schets ik de belangrijkste contouren die opdoemen uit het CABR-archief ( inventarisnummer 108188 (PF Arnhem) dossier 6245) van Gerrit Jan de Wit (01-04-1899).

Dit dossier geeft geen aanleiding Gerrit te verdenken van daadwerkelijke collaboratie met de Duitse bezetter. Het belangrijkste verhaal in het dossier is de situatie van zijn vrouw Hendrikje Woudhuizen.

De arrestatie van Gerrit is vanuit het gezichtspunt van de Binnenlandse Strijdkrachten begrijpelijk. De vervroegde vrijlating van Gerrit, hoewel met spijt, duidt op oog voor menselijke aspecten bij het proces van bijzondere rechtspleging. De tienjarige uitsluiting van het kiesrecht vanwege lidmaatschap van de Nederlandse Volksdienst lijkt aan te sluiten bij de gebruikelijke strafmaat.

De kwalificaties van Gerrit (onhebbelijk, handige knaap, oproerige natuur, terecht gevreesd op Urk) kunnen zowel op vooringenomenheid van de verbalisanten als op daadwerkelijke gedragskenmerken van Gerrit wijzen.

Nadere bestudering van het CABR-dossier van Klaas de Boer, maar mogelijk ook van Gerrits broer Hendrik de Wit, zou meer inzicht kunnen geven in Gerrits handelen tijdens de oorlog.


Ontdek meer van A.J. Baarssen

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.